-
1 bommen geld verdienen
bommen geld verdienen -
2 grof geld verdienen
grof geld verdienen -
3 weinig geld verdienen
weinig geld verdienen -
4 weinig geld verdienen
weinig geld verdienenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > weinig geld verdienen
-
5 geld
♦voorbeelden:1 je geld of je leven! • la bourse ou la vie!baar geld • espècescontant geld • (argent) liquidein contant geld • en espècesgemunt geld • numérairemet gepast geld betalen • faire l'appointgrof geld verdienen • gagner grosgroot geld • billetskinderen betalen half geld • les enfants paient demi-tarifklein geld • monnaiepapieren geld • papier-monnaievals geld • fausse monnaiehet volle geld • (le) plein tarifvuil geld • argent gagné malhonnêtementzwart geld • argent noirzijn geld erdoor jagen • brûler la chandelle par les deux boutsergens (veel) geld tegenaan gooien • investir (des sommes folles) dans qc.het geld groeit mij niet op de rug • je ne suis pas Crésushet geld voor het grijpen hebben • rouler sur l'orgeen geld hebben • être sans le souzijn geld erbij inschieten • en être pour son argent〈 figuurlijk〉 iemand geld uit de zak kloppen • soutirer de l'argent à qn.zijn geld er uit krijgen • rentrer dans son argentgeld laten rollen • faire valser l'argentgeld door de vingers laten slippen • ne pas regarder à la dépenseveel geld opleveren • rapporter grosgeld slaan • battre monnaiesmijten met geld • jeter l'argent par les fenêtresgeld in iets steken • placer son argent en, dans qc.er geld op moeten toeleggen • en être de sa pochegeld wisselen • faire de la monnaiebovenop zijn geld zitten • être près de ses souszwemmen in het geld • rouler sur l'orniet goed? geld terug • remboursement garanti en cas de non-satisfactiondik in het geld zitten • être cousu d'ormet zijn geld geen raad weten • ne savoir que faire de son argentom geld vragen • demander de l'argentom geld verlegen zijn • être à court d'argentiets te gelde maken • faire argent de qc.van zijn geld leven • vivre de ses rentesvoor geld • pour de l'argentvoor geen geld ter wereld • pour rien au mondevoor geen geld • à aucun prixtwee voor hetzelfde geld • deux pour le prix d'ungeld als water verdienen 〈 Algemeen Zuid-Nederlands〉 geld als slijk verdienen • faire beaucoup d'argentdat brengt geld in 't laatje • ça fait des soushet geld niet over de balk gooien • ne pas jeter l'argent pas les fenêtres -
6 geld als water verdienen geld als slijk verdienen
geld als water verdienen geld als slijk verdienenDeens-Russisch woordenboek > geld als water verdienen geld als slijk verdienen
-
7 geld
♦voorbeelden:1 je geld of je leven • your money or your life!baar geld • (hard) cashgroot geld • notes, Abillshet grote geld • (the) big money, Amegabucksklein geld • (small) changepapieren/gemunt geld • paper money, notes, Abills; 〈 gemunt〉 coin(s), specievals geld • counterfeit (money)in/met vreemd geld betalen • pay in foreign currencyzwart geld • undisclosed income, money received under the counterbulken van/zwemmen in het geld • be loaded, be rolling in money/itgeld drukken • print moneyhet geld laten rollen • spend money freelygeld moet rollen • you must keep money movingsmijten met geld • 〈 figuurlijk〉 throw one's money about/aroundgeld in iets steken • put money into somethinggeld wisselen • change moneyde waarde is niet in geld uit te drukken • you can't put a price on itwaar voor zijn geld krijgen • get value for moneygeld als water verdienen • earn big money/a packet〈 spreekwoord〉 het geld dat stom is, maakt recht wat krom is • a golden handshake is better than ten witnesses2 een smak/hoop/berg geld • bags/stacks of moneyhet is weggegooid geld! • that's a (sheer) waste of moneyiemand geld afpersen • extort money from someonegeld hebben • be well-offgeen geld hebben • be brokezij heeft geld van zichzelf • she has money of her owngelden misbruiken • misappropriate/misapply fundsdat zal zijn geld wel opbrengen • that will pay (for itself)iemand die veel geld uitgeeft • a big spendergoed in zijn geld zitten • be well offmet zijn geld geen raad weten • have money to burnmensen met geld • moneyed peoplezonder geld zitten • be out of pocket, be brokekinderen betalen half geld • children half-priceik zal het geld er gauw weer uit hebben • it will soon pay for itselfniet goed? geld terug • money refunded/back if not satisfactory, money-back guaranteehet is echt niet duur voor dat geld • its a good buyvoor geen geld ter wereld • not for love or money(dat is) geen geld! • that's a bargain! -
8 verdienen
♦voorbeelden:zuur verdiend • hard-earned/-wondaar is niets aan te verdienen • there is no money in thater iets aan/mee verdienen • make something on it, gain something by it2 [salaris opleveren] pay♦voorbeelden: -
9 verdienen
1 [in geld verwerven] gagner2 [waard zijn] mériter♦voorbeelden:er iets aan verdienen • y gagner qc.op die auto heb ik 1000 gulden verdiend • j'ai fait un bénéfice de 1000 florins sur cette voitureze verdient ontslagen te worden • elle mérite d'être renvoyée〈 ironisch〉 dat heeft hij niet aan haar verdiend • il n'a pas mérité qu'elle lui fasse une chose pareille1 [salaris ontvangen] gagner sa vie2 [salaris opleveren] rapporter♦voorbeelden: -
10 geld als water verdienen
geld als water verdienenearn big money/a packetVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > geld als water verdienen
-
11 geld als water verdienen
v. coin money -
12 een mooie duit verdienen
gutes Geld verdienenNiederländisch-Deutsch Wörterbuch > een mooie duit verdienen
-
13 weinig
weinig11 little, not much/a lot♦voorbeelden:weinig geld verdienen • not earn much (money)weinig of/tot geen geld • little or no moneydat kost weinig moeite • it's not much troublein weinig tijd • in a short timedat heeft weinig zin • there's not much point (in it)zij at weinig • she didn't eat muchhet heeft er nog weinig van • 〈 het lijkt er nog niet op〉 it doesn't look like much yet; 〈 het is niet waarschijnlijk〉 it doesn't look like iter weinig van weten • not know a lot about itje zegt zo weinig • you're not saying muchhij verdient niet weinig • he earns quite a lotdat is al te weinig/veel te weinig • that's insufficient/inadequateiemand te weinig teruggeven • short-change someonetwintig pond te weinig hebben • be twenty pounds shortiemand te weinig betalen • underpay someonehet weinige dat ik bezit • the little I possess————————weinig2〈 bijwoord〉1 [met betrekking tot een hoeveelheid/graad] little2 [met betrekking tot tijd] hardly ever♦voorbeelden:weinig bemoedigend • not particularly encouraginger weinig om geven • care little about itweinig overtuigend • rather unconvincingdat scheelt maar weinig • it's a close thingweinig waarschijnlijk • hardly likelyweinig thuis zijn • not be in often————————weinig31 few, not many♦voorbeelden:er waren maar weinig mensen • there were only a few peopleweinig of/tot geen mensen • few if any peopleer maar weinig hebben • not have manyhet zijn er te weinig • there aren't enough -
14 bom
bom1〈de〉♦voorbeelden:1 ban de bom! • à bas la bombe!de bom barst • la bombe va éclaterals een bom uit de lucht komen vallen, als een bom inslaan • faire l'effet d'une bombebommen geld verdienen • gagner de l'argent à la pellede bom is gebarsten • la bombe a éclaté————————bom21 boum! -
15 weinig
weinig11 peu (de)♦voorbeelden:er waren maar weinig mensen • il n'y avait pas grand mondede ontploffing richtte weinig schade aan • l'explosion fit peu de dégâtser maar weinig hebben • n'en avoir que peuhij weet er weinig van • il n'y connaît pas grand-choseook al is het nog zo weinig • si peu que ce soitmet weinig tevreden zijn • se contenter de peueen weinig suiker • un peu de sucrehet weinige dat ik bezit • le peu que je possède————————weinig2〈 bijwoord〉1 peu♦voorbeelden:1 weinig om iets geven • faire peu de cas de qc.ergens weinig komen • venir peu qp.weinig van zich laten horen • ne pas donner souvent signe de vieweinig thuis zijn • être rarement à la maisonhoe weinig ook • si peu que ce soitzeer weinig • fort peu -
16 goed
goed1〈 het〉♦voorbeelden:liggende goederen • biens immeublesroerend en onroerend goed • biens meubles et immeublesik kan daar geen goed meer doen • tout ce que je fais est mal prisgoed doen • faire le bieniemand goed doen • faire du bien à qn.het zal u veel goed doen • cela vous fera grand bieniets goeds • qc. de bonhij lust graag wat goeds • il aime les bonnes choseshoud dat mij ten goede • ne le prenez pas en mauvaise partten goede komen (aan) • profiter (à)verandering ten goede • (une) améliorationzich ten goede keren • tourner bienwe hebben nog een diner te goed • nous avons encore un dîner en perspectiveik heb nog vier vakantiedagen te goed • il me reste encore quatre jours de vacances (à prendre)je houdt het van mij te goed • je te revaudrai çadat hebben we nog te goed • ce n'est que partie remisedat heb je nog van me te goed • je dois encore te rendre cela; 〈 als dreigement〉 tu ne perds rien pour attendre!wollen goed • lainagehij heeft zijn zondagse goed aan • il porte ses habits du dimanche————————goed2♦voorbeelden:een goed jaar geleden • il y a une bonne année (de cela)is dat je goeie pak? • c'est ton beau costume?hij is een goede veertiger • il a la quarantaine bien sonnéeeen goed verliezer • un bon perdantdoe maar goed wat zout in de soep • n'hésite pas à bien saler la soupeik ben het goed zat • j'en ai par-dessus la têteik ben wel goed maar niet gek • je ne suis pas tombé sur la têtehet goed doen • bien marcherhij kan het er goed van doen • il a de quoi, il a les moyensals ik het goed heb • si je ne me trompewij hebben het goed • nous ne manquons de rien〈 ironisch〉 is het nou goed? • ça y est, maintenant?het is mij goed • (je suis) d'accordhet is ook nooit goed! • tu (il) n'es (n'est) jamais contenthij kan geen goed meer doen • on critique tout ce qu'il faitdat komt wel weer goed • ça va s'arrangergoed kunnen leren • apprendre facilementer goed op staan • 〈 letterlijk〉 être bien (sur une photo); 〈 figuurlijk〉 avoir réussi; 〈 ironisch〉 avoir tout gâchéhij heeft goed praten • il a beau direhet eten ruikt goed • le repas sent bondie jas staat je goed • ce manteau te va bienhij was niet zo goed of hij moest betalen • il a bien fallu qu'il paiedat was maar goed ook! • heureusement!zou u zo goed willen zijn … • voudriez-vous avoir la gentillesse de …het zou goed zijn, als je … • il serait bon que tu …net goed! • (c'est) bien fait!ook goed! • d'accord!dat touw is precies goed • c'est exactement la corde qu'il nous, me fautalles goed en wel maar … • c'est bien beau (tout ça), mais …ik was nog maar goed en wel thuis of … • j'étais à peine à la maison que …goed zo! • très bien!zo goed en zo kwaad als het gaat • tant bien que malgoed bij zijn • être éveillézij zijn weer goed met elkaar • ils se sont réconciliésdat is goed om te weten • c'est bon à savoirwaar is dat goed voor? • à quoi ça sert?hij is nergens goed voor • il n'est bon à riengoed voor ƒ 1000,- • bon pour 1000 florinshij is goed voor een paar ton • 〈m.b.t. bezit〉 il a bien quelques briques; 〈m.b.t. verdienen〉 il se fait bien quelques briqueshij is er niet te goed voor • il en est bien capabledat is een goeie! • elle est bien bonne!dat is te veel van het goede • c'est trop, vraimenthet goede doen • faire le bienniet veel goeds • pas grand-chose de bonzich niet goed voelen • ne pas se sentir bienzij is er goed mee • cela l'arrange bienze is onderweg niet goed geworden • elle a eu un malaise en cours de routezo goed als • pratiquementhet boek is zo goed als af • le livre est pratiquement terminé -
17 royaal
2 [ruim van opvattingen] 〈 bijvoeglijk naamwoord〉 large (d'esprit); 〈 bijwoord〉 sans étroitesse (d'esprit)♦voorbeelden:royaal met geld omspringen • avoir l'argent facileroyaal de kost verdienen • gagner amplement sa viete royaal leven • vivre sur un trop grand pied -
18 schat
♦voorbeelden:een schat aan gegevens • quantité de renseignementseen schat van bijzonderheden • une grande richesse de détailsje bent een schat • tu es un trésoreen schat van een vrouw • un amour de femme -
19 stuiver
1 [muntstuk] 〈 pièce de cinq cents〉♦voorbeelden:2 daar is een aardige stuiver mee te verdienen • en faisant cela, on peut gagner une somme rondeletteeen mooie stuiver bijverdienen • arrondir agréablement ses fins de moisgeen stuiver waard zijn • ne pas valoir un sougeen stuiver hebben • ne pas avoir un sou -
20 cent
1 [muntstuk] cent2 [kleine waarde] 〈 informeel〉 penny, farthing, sou♦voorbeelden:iemand tot op de laatste cent betalen • pay someone to the fulldeze sigaar kost tachtig cent • this cigar costs eighty cents2 hij heeft/bezit geen rooie cent • he hasn't got two half pennies to rub together, he hasn't got a penny to his namehij deugt voor geen cent • he is a bad lotik geef geen cent meer voor zijn leven • I wouldn't give a penny for his lifedat kan mij geen cent schelen • I couldn't care lessik ben er geen cent wijzer van geworden • I was none the wiser for itik vertrouw hem voor geen cent • I don't trust him an inchbulken van de centen • roll in moneyhij is erg op de centen • he's very careful with his moneyniet op een cent kijken • be generous, spare no expensezonder een cent zitten • be penniless
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Geld verdienen — Geld verdienen … Deutsch Wörterbuch
(Geld) verdienen — [Wichtig (Rating 3200 5600)] Bsp.: • Er verdient nun viel mehr Geld … Deutsch Wörterbuch
einen Haufen Geld verdienen — [Redensart] Auch: • ein Vermögen verdienen • reich werden Bsp.: • Er verdiente ein Vermögen dadurch, dass er die Partys für die Highsociety ausrichtete … Deutsch Wörterbuch
Verdienen — Verdienen, verb. reg. act. welches in verschiedenen Bedeutungen gebraucht wird. 1. Dienste für etwas leisten, durch Dienste erwiedern. In diesem Verstande sagt man im Lehenrechte, ein Lehen verdienen, persönliche Dienste für ein empfangenes Lehen … Grammatisch-kritisches Wörterbuch der Hochdeutschen Mundart
Geld — [Basiswortschatz (Rating 1 1500)] Bsp.: • Willst du viel Geld verdienen? • Ich brauche ein bisschen Geld. • Er ist reich, er hat viel Geld … Deutsch Wörterbuch
schnell Geld verdienen — einen schnellen Euro verdienen (umgangssprachlich) … Universal-Lexikon
Geld — Schotter (umgangssprachlich); Ocken (umgangssprachlich); Kies (umgangssprachlich); Taler (umgangssprachlich); Bimbes (umgangssprachlich); Asche (umgangssprachlich); … Universal-Lexikon
verdienen — erwerben; einbringen * * * ver|die|nen [fɛɐ̯ di:nən]: 1. <tr.; hat (eine bestimmte Summe) als entsprechenden Lohn für eine bestimmte Leistung oder für eine bestimmte Tätigkeit erhalten, als Gewinn erzielen: in diesem Beruf verdient man viel… … Universal-Lexikon
Geld — Kein Geld, keine Schweizer: nichts ohne Gegenleistung; auch in der gereimten Form: ›Keine Kreuzer, keine Schweizer!‹ Ebenso französisch ›point d argent, point de Suisse‹, niederländisch ›geen geld, geen Zwitsers‹. Die Redensart geht in die Zeit… … Das Wörterbuch der Idiome
Geld — das Geld 1. Ich habe nicht genug Geld dabei. 2. Ich muss Geld verdienen … Deutsch-Test für Zuwanderer
verdienen — V. (Grundstufe) Geld für seine Arbeit bekommen Beispiele: Ich verdiene 5 Euro pro Stunde. Wie viel verdienen deine Eltern? verdienen V. (Aufbaustufe) Anspruch auf etw. haben, einer Sache oder Person würdig sein Synonyme: zukommen, zustehen,… … Extremes Deutsch